De biologische markt.

Zaterdag 4 januari 2014.

Na een biertje, een carajillo en een glas wijn is de maandelijkse biologische mark in Xaló mijn favoriete markt. Het is zonnig en warm, de mensen zijn vriendelijk en ik sta volledig achter het infinitief. Dit zijn mensen uit de streek die hun huisgemaakte producten proberen te verkopen. Het is iedere eerste zaterdag van de maand en deze keer staat de markt in het teken van boerderijdieren.

Een imposante os, een groot paard en wat kleiner spul staan deze keer op plein.

Na het bier uit Alcoy dat smaakvol is en bitter, maar daar hou ik wel van, kom ik bij de huisgemaakte wijn aan. Ik begin met het proeven van de rode wijn die 12 maanden op eiken gerijpt is. Maar ja, na de wijnen van Francisco Gomez valt alles tegen, dan maar de wijn die 6 maanden gerijpt is en daarna de jonge wijn. Eigenlijk zijn ze niet lekker en ruiken ook niet echt goed maar de alcohol in de wijn werkt wel, dus koop ik twee flessen. Het is tenslotte goed voor de plaatselijke economie, de verkoper woont in het dorp en het is zo leuk om zijn vrouw gelukkig te zien als ze mij de flessen overhandigt.

Even verderop is het ook heel rustig. Je ziet het direct, moeder en dochter die huisgemaakte vegetarische hamburgers proberen te verkopen waar amandelen in verwerkt zijn. Ze staan daar zo eenzaam dat ik een praatje maak. Ze komen uit Benifato, een klein bergdorpje hier best ver vandaan. De dochter staat iedere ochtend om 6 uur op omdat de schoolbus om 7 uur al door het plaatsje komt. “Proef maar een stukje, we hebben drie smaken”, glimlacht de moeder lief. Nee, niets voor mij, ik ben van het echte vlees. Dus koop ik tot groot genoegen van moeder en dochter alle drie de smaken. Dan het volgende probleem, hoe leg ik Cokky uit dat ik niet vegetarisch ben geworden.